Jaarrekening

Balans per 31 december 2020

Waarderingsgrondslagen

Inleiding
De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en de verordening ex artikel 212 Gemeentewet daarvoor geeft.

Algemene grondslagen
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten.

De waardering van de activa vindt in beginsel plaats op basis van de vervaardigingsprijs (grondexploitaties) of op basis van de verkrijgingsprijs (overige activa). Met vervaardigingsprijs en verkrijgingsprijs worden ook de bijkomende kosten bedoeld. Voor verwachte verliezen bij grondexploitaties en /of het risico van oninbare vorderingen worden voorzieningen getroffen.
De passiva worden in beginsel gewaardeerd op de nominale waarde.  

Activa met een verkrijgingsprijs van minder dan € 25.000 worden niet geactiveerd, uitgezonderd gronden en terreinen. Gronden en terreinen worden altijd geactiveerd.

In de regelgeving van het BBV tot en met het begrotingsjaar 2016 had het de voorkeur om investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut niet te activeren. In de gewijzigde regelgeving vanaf het begrotingsjaar 2017 worden investeringen met een maatschappelijk nut, evenals investeringen met een economisch nut, geactiveerd en over de verwachte toekomstige gebruiksduur afgeschreven.

De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij vóór het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.

Ten aanzien van personeelslasten geldt een formeel verbod voor het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume.

Dividendopbrengsten worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar wordt gesteld.

De gemeentefondsuitkering 2020 wordt met betrekking tot het accres opgenomen conform de bij de septembercirculaire 2020 laatst gepubliceerde accresmededeling. Dit is toegepast op grond van de stellige uitspraak van de commissie BBV. De commissie BBV heeft in januari 2021 aangegeven dat in lijn met deze werkwijze ook de verwerking van het corona compensatiepakket 2020 moet worden uitgegaan van de via de decembercirculaire 2020 toegekende en beschikte bedragen. De financiële compensatie uit het nieuwe aanvullende pakket van 443 miljoen Euro dient verwerkt te worden in 2021, nadat het ministerie de bedragen per gemeente heeft bepaald en beschikt. Ten aanzien van de overige onderdelen van het gemeentefonds is aansluiting gezocht bij de laatst gepubliceerde decembercirculaire 2020 en ontvangen uitkeringsspecificaties van het rijk. 

De gehanteerde grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn voor het overige ongewijzigd gebleven ten opzichte van het voorgaande jaar.

Activa
Immateriële vaste activa
Algemeen
De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn.

Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio
Afsluitkosten van opgenomen geldleningen worden afgeschreven in de looptijd van de betrokken geldlening.

Kosten van onderzoek en ontwikkeling van een bepaald actief
De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in 5 jaar afgeschreven. De afschrijving van de geactiveerde kosten van onderzoek en ontwikkeling vangt aan bij ingebruikneming van het gerelateerde materiële vaste actief.

Bijdragen aan activa in eigendom van derden
Bijdragen aan activa van derden worden geactiveerd. Dergelijke geactiveerde bijdragen zijn gewaardeerd op het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met afschrijvingen. De verleende bijdragen worden afgeschreven in de periode waarin het betrokken actief van de derde op basis van de door de gemeente gestelde voorwaarden moet bijdragen aan de publieke taak.

Materiële vaste activa
Investeringen met economisch nut
Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht.

In erfpacht uitgegeven gronden
De in erfpacht uitgegeven gronden zijn gewaardeerd tegen uitgifteprijs. Gronden waarvan de erfpacht eeuwigdurend is afgekocht, zijn tegen een geringe registratiewaarde opgenomen.

Investeringen met economisch nut
Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht; in die gevallen wordt over het saldo afgeschreven.

Slijtende investeringen worden vanaf het eerstvolgende begrotingsjaar, na het moment van ingebruikneming, lineair afgeschreven op basis van de verwachte gebruiksduur.

Op grondbezit met economisch nut wordt niet afgeschreven.

Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is.

In de verordening ex artikel 212 Gemeentewet zijn de navolgende afschrijvingstermijnen opgenomen:

Afschrijvings-

Termijn

Immateriële vaste activa

-

Kosten van onderzoek en ontwikkeling (max. termijn BBV)

5

-

Agio en disagio

Looptijd

Materiële vaste activa

a

Gronden en terreinen

           0

b-c

Woonruimten en bedrijfsgebouwen

*

Nieuwbouw gebouwen (permanent)

40 

*

Renovatie, restauratie en verbouw

25

*

Tijdelijke gebouwen (bijv. noodlokalen)

10

*

Voorzieningen aan gebouwen

10

d

Grond-, weg- en waterbouwkundige werken

*

Riolering aanleg en vervanging vrijverval riolen en hemelwaterafvoer

80

*

Riolering aanleg en vervanging persleidingen

60

*

Riolering aanleg en vervanging gemalen civiel

60

*

Wegen, straten, pleinen, rotondes, trottoirs (binnen bebouwde kom)

25

*

Wegen, straten, pleinen, rotondes, trottoirs (buiten bebouwde kom)

40

*

Openbare verlichting aanleg en vervanging

20

*

Brug

60

*

Parkeervoorzieningen:

- Parkeergarage

40

- Parkeerplaatsen

20

*

Haven aanleg en reconstructie

50

*

Damwand

50

*

Plantsoenen / parken

25

*

Sportterreinen

20

*

Kunstgrasvelden (toplaag)

          Max 15

*

Kunstgrasvelden (onderlaag)

          Max 30

*

Speelvoorzieningen:

- Speelterreinen

15

- Speeltoestellen etc.

10

*

Ondergrondse afvalcontainer:

- Ondergrondse afvalcontainer glas en kunststof

8

- Ondergrondse afval container overig

15

e

Vervoermiddelen

*

Overige vervoermiddelen

5

*

Bruikleenvoorzieningen WMO

7

*

Voertuig

10

*

Zoutstrooiers

10

f

Machines, apparaten en installaties

*

Verkeersregelinstallaties, borden en bewegwijzering

15

*

Mechanische riolering en gemalen elektronisch/mechanisch

15

*

Parkeermeters en parkeerautomaten

5

*

Zonnepanelen

20

g

Overige materiële vaste activa

*

Informatie Communicatie Technologie (hardware/software)

4

Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven
Wanneer investeringen grotendeels of meer worden gedaan voor riolering of het inzamelen van huishoudelijke afval of andere alsook voor rechten die op grond van art. 229 lid 1 a en b Gemeentewet worden geheven, dan worden deze investeringen op de balans opgenomen in een aparte categorie: de investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven.

Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut.
Dit betreft infrastructurele werken in de openbare ruimte, zoals b.v. wegen, pleinen, bruggen en viaducten.
Investeringen met een maatschappelijk nut worden geactiveerd en over de verwachte toekomstige gebruiksduur afgeschreven. De verplichting om alle investeringen te activeren volgens de nieuwe methode geldt alleen voor investeringen die vanaf het begrotingsjaar 2017 zijn gedaan.

Door de invoering van de nieuwe systematiek blijven verschillen bestaan in de wijze waarop mag worden afgeschreven op investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut die vóór het begrotingsjaar 2017 zijn gedaan. Om inzicht te geven in het deel van de activa dat wel vergelijkbaar is qua systematiek is in het verloopoverzicht in de toelichting op de balans aangegeven welk bedrag volgens de ‘nieuwe’ systematiek is verantwoord en welk deel volgens een ‘oude’ systematiek.

Financiële vaste activa
Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen, (overige) leningen u/g en (overige) uitzettingen zijn, tenzij anders vermeld, opgenomen tegen de nominale waarde. Indien noodzakelijk is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.

Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (“kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen” in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering plaatsvinden.

De obligatieportefeuille is gewaardeerd tegen de verwachte aflossingswaarde.

Van een deelneming is krachtens artikel 1 lid d BBV sprake als de gemeente participeert in het aandelenkapitaal van een NV of BV.

Vlottende activa
Voorraden

Grond en hulpstoffen
Grond- en hulpstoffen zijn opgenomen tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Wanneer de marktwaarde lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, wordt afgewaardeerd naar deze lagere marktwaarde.

Onderhanden werk, gronden in exploitatie
De als “onderhanden werken” opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen het saldo van de gerealiseerde kosten en opbrengsten. De kosten bestaan uit de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijp maken), evenals de rentekosten berekend zoals voorgeschreven in het BBV en de administratie- en beheerskosten. Een eventuele voorziening voor verwachte verliezen wordt hierop in mindering gebracht.

Voor winstneming geldt de percentage of completion (POC) methode: voor zover gronden zijn verkocht en opbrengsten zijn gerealiseerd kan tussentijds naar rato van de voortgang van de grondexploitatie winst worden genomen. Hiervoor moet het resultaat op de grondexploitatie wel op betrouwbare wijze kunnen worden geschat.
Indien aan de volgende voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid om winst te kunnen nemen:
1. Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden geschat.
2. De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht.
3. De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd).

Zolang daarvan geen sprake is, worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht.

Gereed product
Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde, indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs.

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
Vorderingen en overlopende activa
De vorderingen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen.

Liquide middelen en overlopende posten.
Deze activa worden tegen de nominale waarde opgenomen.

Aangezien er in verband met corona in 2020 geen invorderingsmogelijkheden m.b.t. de gemeentelijke belastingen 2019 zijn geweest heeft de gemeente Venray het percentage wat ten laste van de voorziening dubieuze debiteuren wordt gebracht verhoogd van 15 naar 25%.
Waardering (Dubieuze) debiteuren.
Het opstaande saldo van de uitstaande vorderingen is getoetst aan de criteria van ouderdom en inbaarheid. Op grond van deze regels is de hoogte van de voorziening dubieuze debiteuren bepaald. Aangezien er in verband met corona in 2020 geen invorderingsmogelijkheden m.b.t. de gemeentelijke belastingen 2019 zijn geweest heeft de gemeente Venray het percentage wat ten laste van de voorziening dubieuze debiteuren wordt gebracht verhoogd van 15 naar 25%.

Passiva
Eigen vermogen
Onder het eigen vermogen staan de algemene reserve, de bestemmingsreserves en het saldo van het overzicht van baten en lasten.

Voorzieningen
Onder de voorzieningen zijn de voorzienbare verplichtingen, verliezen en/of risico’s opgenomen. Dit voor zover de omvang redelijkerwijs is in te schatten. Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies.

De pensioenverplichting ten behoeve van de (gewezen) wethouders is op de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd.

De onderhoudsegalisatievoorzieningen stoelen grotendeels op een meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de gemeentelijke kapitaalgoederen.

Voorzieningen voor vervangingsinvesteringen waarvoor een heffing kan worden geheven is opgenomen onder onderdeel ‘Door derden beklemde middelen met een specifieke aanwending’.

Voorzieningen die de waarde van een actief corrigeren worden aan de activazijde gepresenteerd en daar in mindering gebracht op het actief.

Vaste schulden
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

Vlottende passiva
De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Borg- en Garantstellingen

Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn is, buiten de balanstelling, het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.

Deze pagina is gebouwd op 07/07/2021 11:21:44 met de export van 07/07/2021 11:00:41